In het begin van de zomer van het jaar 1342 was de boer Jan Baloys bezig met het ploegen van zijn akker naast het kerkje van Stiphout. Donkere wolken pakten zich samen boven het dorp en spoedig schoten bliksemlichten door de lucht, gevolgd door hevige donderslagen. Het onweer ging tekeer en plotseling raakte de kerk door de bliksem in brand. De boer, die dat zag, rende naar de kerk en riep dat de pastoor moest komen zodat het Heilig Sacrament (de gewijde hosties) uit de kerk gehaald zou worden en niet zou verbranden. Toen de pastoor, Jan Hockaerts, dan bij de kerk gearriveerd was, zei Jan Baloys hem: '' Mijnheer pastoor, als ik uw macht had, dan zou ik het Heilig Sacrement daar niet laten verbranden''.

Pastoor Hocaerts, die door de steeds meer om zich heen grijpende vlammen bang geworden was zelf het brandende gebouw binnen te gaan, heeft toen tegen de boer gezegd: ''Voor dit geval geef ik jou al mijn macht en kracht die ik bezit''. Na die woorden gehoord te hebben, liep Jan Baloys naar de kerkdeur om door de brand heen het Heilig Sacrament er uit te halen. Inmiddels waren er veel mensen naar de brandende kerk komen kijken. De pastoor en alle omstanders zagen hoe het vuur zich splitste en plaats maakte voor de boer. Ongedeerd trad Jan Baloys uit de vlammen tevoorschijn. Hij had zich niet verbrand, was niet gewond en zijn kleren hadden geen schade geleden. Aan de pastoor overhandigde hij het ciborie met daarin het Heilig Sacrament dat hij gered had.


Na de brand van de kerk werd het gebouw hersteld. Onbekend is hoe zwaar het gebouw van de brand geleden had. Vermoedelijk hoefden ze geen nieuwe kerk te bouwen, aangezien daar niets over vermeld is. Wel is bekend dat er na de brand twee geredde hosties bewaard bleven en dat bij het doopvont een eenvoudig houten tabernakel werd opgericht op de plaats waar de vlammen zich scheidden om Jan Baloys doorgang te verlenen.

Op het tabernakel kwam een schilderij waarop de brand te zien was en hoe het vuur zich splitste bij het naar binnen gaan en naar buiten komen van de boer. Ook werd afgebeeld hoe deze het Heilig Sacrament aan de pastoor overhandigde. De vermelding van de naam van de boer en het jaartal 1342 completeerden de schildering, die meer dan twee eeuwen in de kerk te zien was.